De paddenstoelenmeetnetten in het kort
De paddenstoelenmeetnetten zijn onderdeel van het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM, zie NEM-website). Het NEM is een samenwerkingsverband tussen de overheid en een aantal particuliere gegevensbeherende organisaties (NGO’s), waaronder de Nederlandse Mycologische Vereniging.
Meetdoelen
Binnen het Netwerk Ecologische Monitoring zijn een aantal meetdoelen geformuleerd. De voor paddenstoelen relevante meetdoelen staan op de pagina 'Doel van de meetnetten'.
Het paddenstoelenmeetnet bestaat uit drie deelmeetnetten
Meetnet bospaddenstoelen
Meetnet moerassen en venen
Meetnet zeereep
Meetnet bospaddenstoelen
Dit meetnet is gericht op de monitoring van 142 goed in het veld herkenbare soorten paddenstoelen. Dit betreft de typische soorten van oude eikenbossen: Hanenkam, Regenboogrussula, Smakelijke russula en Zwavelmelkzwam. De overige soorten zijn begeleidende soorten. Alle soorten worden gemonitord in zowel loof-, naald- als gemende bossen en lanen op de pleistocene zandgronde en in de duinen.
De proefvlakken zijn km-hokken volgens Amersfoort-coördinaten. Ieder proefvlak wordt drie maal per jaar geteld door een of meer vaste vrijwilliger(s). De aanwezige soorten worden ingevoerd in het betreffende portaal voor bospaddenstoelen, hierbij wordt ook aangegeven het aantal aangetroffen groeiplaatsen in het proefvlak.
Een vrijwillige teller kan zijn eigen proefvlak kiezen. Lees verder bij het Meetnet bospaddenstoelen...
Meetnet moerassen en venen
Dit meetnet is gericht op het monitoren van de typische soorten van veenmosrietlanden, hoogvenen en hoogveenbossen. Het betreft zeven typische soorten: Broos vuurzwammetje, Veenmosvuurzwammetje, Kaal veenmosklokje, Moerashoningzwam, Veenmosbundelzwam, Veenmosgrauwkop en Witte berkenboleet, en 42 begeleidende soorten.
De waargenomen soorten worden geregistreerd per km-hok volgens Amersfoort coördinaten. Gemonitord worden km-hokken waar de betreffende habitats voorkomen. Er wordt naar gestreefd om in een cyclus van zes jaren een zo groot mogelijk aantal km-hokken te bemonsteren.
De monitoring wordt gedaan door vrijwilligers. Een teller kan zelf een km-hok waarin een van de te monitoren habitats ligt kiezen in het invoerportaal. Hij dient jaarlijks een nieuw km-hok te registreren. Voor het herkennen van een aantal soorten is microscopisch onderzoek noodzakelijk. Lees verder bij het Meetnet moerassen en venen...
Meetnet zeereep
Dit meetnet is gericht op het monitoren van de typische soorten van de habitattypen witte duinen en grijze duinen. Het betreft de zes typische soorten: Duinfranjehoed, Duinstinkzwam, Duinveldridderzwam, Helmharpoenzwam, Zandtulpje en Zeeduinchampignon, en 19 begeleidende soorten.
De waargenomen soorten worden geregistreerd per km-hok volgens Amersfoort coördinaten. Gemonitord worden km-hokken waar de betreffende habitats aan de Nederlandse kust voorkomen. Er wordt naar gestreefd om in een cyclus van zes jaren een zo groot mogelijk aantal km-hokken te bemonsteren.
De monitoring wordt gedaan door vrijwilligers. Een teller kan zelf een km-hok waarin een van de te monitoren habitats ligt kiezen in het invoerportaal. Hij dient jaarlijks een km-hok te registreren. Voor het herkennen van een aantal soorten is microscopisch onderzoek noodzakelijk. Lees verder bij het Meetnet zeereep...